Chemotherapie stoffen

Algemeen

Er zijn talloze verschillende cytostatica die hun aanvalspunt hebben op verschillende punten in een tumorcel.
De cytostatica zijn onderverdeeld in groepen volgens de respectievelijke werkingsmechanismen. Hieronder worden de belangrijkste groepen cytostatica genoemd.
Gezien de overvloed aan terminologie, merknamen en mogelijke combinaties (zogenaamde schema's) is het echter niet mogelijk om op elk van deze details in te gaan. De volgende voorbeelden van de stoffen worden genoemd met hun namen van werkzame stoffen.

De tyrosinekinaseremmers zijn ook chemotherapeutische middelen. In tegenstelling tot de klassieke chemotherapeutica werken de tyrosinekinaseremmers gericht en veroorzaken ze dus minder bijwerkingen. Lees meer over de tyrosinekinaseremmers op: Gerichte chemotherapie met tyrosinekinaseremmers

Alkylerende middelen

Dit Chemotherapie medicijnen verstoren tumorcelproductie op het niveau van DNA. Ze brachten de moleculen van de DNA (door Alkylering) op een manier die resulteert in de normale aflezingen die nodig zijn om te produceren Eiwitten zijn gestoord. Omdat een tumorcel op de eiwitten (Eiwitten) leidt dit tot de dood van de tumorcel. Bovendien voorkomen de alkylerende middelen de vorming van nieuw DNA, waardoor ook de tumorcellen afsterven.

Deze groep is verder onderverdeeld in subgroepen, die allemaal het bovengenoemde werkingsmechanisme volgen:

  1. Stikstof-mosterd-analogen: Bendamustine, cyclofosfamide, chloorambucil, melfalan, ifosfamide, trofosfamide
  2. Alkylsulfonaten: Busulfan, treosulfan
  3. Nirosoureum: Carmustine, Lomustine, Nimustine
  4. Verbindingen die platina bevatten: Carboplatine, cisplatine, oxaliplatine (deze groep stoffen is zeer effectief en wordt vaak gebruikt in combinatie met andere cytostatica)

Antimetabolieten

Zo'n Cytostatica worden genoemd "mis“Bouwstenen ingebouwd in het nieuw gemaakte DNA. Dit stopt de vorming van nieuw DNA (het zogenaamde DNA-polymerase wordt geremd). Omdat het DNA alleen verdubbelt tijdens de celdeling, hebben de antimetabolieten een heel specifiek effect op tumorcellen. Ook hier zijn 3 subgroepen te onderscheiden, die qua type verschillen als "verkeerde bouwstenen".

  1. Foliumzuur-analogen: Methotrexaat (bestaat al heel lang, maar is nog steeds een van de belangrijkste stoffen), pemetrexed
  2. Purine-analogen: Mercaptopurine, nelarabine, cladribine, fudarabine,
  3. Pyrimidine-analogen: Flouracil (5-FU), Capecitabine, Gemcitabine

Vinca-alkaloïden

Deze stof komt oorspronkelijk van de wintergroene plant (Vinca). Zoals reeds vermeld, wordt de hele set chromosomen (DNA) verdubbeld tijdens de celdeling. Om dit gelijkmatig over 2 cellen te verdelen heeft de cel een "apparaat" nodig, het zogenaamde mitotische (van Mitose= Celdeling) spil, opgebouwd uit subeenheden, de zogenaamde. Microtubuli. Een cel kan niet regelmatig delen zonder de mitotische spil. De Vinca-alkaloïden de structuur van deze spil verstoren en daarmee het vermogen van de tumorcellen om zich te delen.

Voorbeelden: Vinblastine, vincristine

Taxanen

Deze hebben ook de zogenaamde microtubuli als hun doelstructuur. In tegenstelling tot de Vinca-alkaloïden verstoren ze hun structuur echter niet, maar stabiliseren ze juist Microtubuli. Hiervoor moet u weten dat de mitotische spil constant onderhevig is aan opbouw en demontage. Als je nu de afbraak remt, wat net zo belangrijk is voor de juiste deling van een cel, verstoor je weer de groei van de tumorcellen.

Voorbeelden: Docetaxel, paclitaxel

Cytotoxische antibiotica

Net zoals bacteriën Sommige antibiotica worden meestal gedood door antibiotica en kunnen zelfs op tumorcellen zijn gericht. Ze gaan in principe op dezelfde manier te werk als bij bacteriën; Sommige bacteriën, zoals wij mensen, hebben DNA in de vorm van een Dubbele helix, een dubbele streng om elkaar gewikkeld, is aanwezig. Om deze spoelen te ontwarren hebben we een eiwit (een enzym) nodig, het zogenaamde topoisomerase. De informatie kan alleen uit het DNA worden afgelezen als het ontward is. Het antibioticum, dat in dit geval een cytotoxische, d.w.z. celbeschadigende werking heeft, nestelt zich zodanig tussen de DNA-strengen dat de topoisomerase wordt geblokkeerd.

Voorbeelden: Anthracyclines zoals doxorubicine, mitoxantron

antilichaam

Deze manier van Vecht tegen tumoren is relatief nieuw. Allereerst een uitleg van wat een antilichaam eigenlijk is: het is een eiwit dat in de Immuunsysteem speelt een grote rol. Een antilichaam herkent specifiek een vreemde structuur, een antigeen, bindt het en leidt zo tot zijn ondergang. Het bijzondere aan een antilichaam is dat het alleen bepaalde "ziek“Herkent structuren, normaal gesproken geen gezonde cellen. In ons geval werkt het dus vooral op tumorcellen. Enkele doelstructuren worden hieronder genoemd:

  1. Bevacizumab: bindt aan de vasculaire groeifactor VEGF
  2. Cetuximab : bindt aan de groeifactorreceptor EGFR
  3. Rituximab: bindt aan het oppervlakte-eiwit CD 20

Hoewel deze lijst op Cytostatica in de meeste gevallen de basis van iedereen chemotherapie onderzoek naar nieuwe stoffen staat nooit stil. In veel klinische onderzoeken worden al nieuwe stoffen getest die in de toekomst mogelijk aanzienlijk betere resultaten opleveren!

Extra informatie

  • Hoofdonderwerp chemotherapie
  • Chemotherapie uitvoeren
  • Bijwerking van chemotherapie
  • Chemotherapie bijwerkingen borstkanker
  • Chemotherapie bijwerkingen longkanker
  • Je bent hier: stoffen Chemotherapie