Vasculaire toevoer van het been

Slagaders

De arterieel Voorraad van lagere extremiteit komt van het grote Abdominale aorta.
Een filiaal per keer vanaf hier buitenste en een innerlijk Bekken slagader van:

  • Externe iliacale slagader en
  • Interne iliacale slagader

De takken van de interne iliacale slagader lopen door de zwembad en vertakken verder in hun terminale takken.

  • De Iliolumbale slagader levert wat spieren van het bekken,
  • de Superieure gluteale slagader en inferieur trek naar de Bilspieren en voorzie ze van zuurstofrijk bloed.
  • De Pudendal slagader verlaat het bassin weer en vertakt zich vervolgens in verdere terminale takken:
  • De Rectale slagader levert het anale kanaal en de huid,
  • de Perineale slagader de musculatuur van het urogenitale middenrif en andere takken leveren het scrotum of Labia zoals urinebuis en penis of clitoris.
  • De Obturator slagader verlaat ook het bekken en levert dan de spieren van de Adductor groep van Dij.

De buitenste Bekken slagader (Arteria iliaca externa) gaat in het gebied van de binnenheup in de Dijbeenslagader over.
Dit is de grote slagader van de dij, die ook tal van takken afgeeft. Sommige oppervlakkige takken leveren andere delen van de Bekken en des Dij.

De sterkste en diepste tak van de femorale slagader,

  • de A. profunda fermoris loopt mediaal. Verdere takken vertakken zich vanaf hier.
  • De Arteria circumflexa femoris medialis levert de sciocrurale spieren. De
  • Arteria circumflexa femoris laterlis loopt langs de zijkant van de dij en voedt de strekspieren.

Het vormt een in het gebied van de femurhals Anastomose met de mediale slagader met dezelfde naam. Samen zorgen ze voor hen Gewrichtscapsule. Ongeveer op het niveau van de Knieschijf de dij slagader gaat in de Popliteale slagader over. Takken van deze slagader leveren dat knie en zijn gewrichtskapsel evenals de spieren.
De anterieure tibiale slagader komt voort uit de popliteale slagader net onder de knie: Anterieure tibiale slagader.
Ze rent naar Achterkant van de voet en geeft onderweg talrijke takken af, die de strekspieren van de Onderbeen en zorg voor beide enkels.
De arteria tibialis anterior gaat in de Arteria dorsalis pedis waarover dan in een Arterieel netwerk eindigt en levert de achterkant van de voet.

De Achterste tibiale slagader vertegenwoordigt de tweede terminale tak van de popliteale slagader.
Het loopt op de achterkant van het onderbeen tussen de Buigspieren. Op weg naar Voetzool het voedt de buigspieren en eindigt uiteindelijk in de Mediale plantaire slagader en lateralis, die eindigen in een arterieel netwerk en zowel de voetzool als de laterale en middenrand van de voet voeden.
In zijn loop ontstaat ook de arteria tibialis posterior Fibulaire slagader. Deze eindigt bij de buitenste enkel en vormt daar één Anastomose met de arteria tibialis posterior.

Aders

De Aders van het been zal binnen zijn oppervlakkig en diepte Aders gearticuleerd.

De loop oppervlakkig Aders onmiddellijk onder de huid en zonder begeleiding SlagadersTerwijl de diep Aders worden vaak genoemd als de slagaders en daarmee samen ren weg.
Oppervlakkige en diepe aderen zijn door Aderen verbinden (Vv. Perforantes) met elkaar verbonden.

De grootste oppervlakkige ader is de Grote vena saphena. Het strekt zich uit van de binnenkant van de Voet naar heup en daar stroomt in de diepe Femorale ader. In zijn loop neemt het bloed van het voetadernetwerk en tal van andere kleine aderen van de Been Aan.
In de buurt van Veneuze ster kort voordat het bij de dijader komt, neemt het de Externe pudendusader die het bloed uit het scrotum of de schaamlippen leidt. Ook de

  • Superieure epigastrische ader, de
  • Vena circumflexa ilium superficialis en de
  • Accessoire ader ga de grote vena saphena binnen bij de veneuze ster.

Ze dragen allemaal het bloed naar buiten anders Gebieden van de heup of de huid. De kleinere Vena saphena parva ontstaat in het gebied van de buitenrand van de voet.
Ze neemt ook bloed van de Ader netwerk van de achterkant van de voet en loopt dan langs de achterkant van de Onderbeen. In het gebied van de knieholte verdwijnt het in de diepte en mondt het uit in de Popliteale ader.

De diep Aders komen grotendeels overeen met de naam en het verloop Slagaders. De belangrijkste ader van de onderste extremiteit is de Femorale ader. Het ontvangt instromen van de Venae tibialis anteriores en posteriores.
Deze transporteren het bloed van het diepe en oppervlakkige Uitrekken- of. Buigspieren.
In het gebied van de knieholte openen ze zich in de knieholte, die vervolgens in de Femorale ader stroomt. Van daaruit stroomt het bloed door de inferieure vena cava hart.